Accepteer cookies om deze inhoud in te laden.

Smartphones met gezichtsherkenning, slimme applicaties die buien kunnen voorspellen en ogenschijnlijke onschuldige luister-suggesties op muziek streaming sites. We kunnen in het dagelijks leven al nauwelijks meer om kunstmatige intelligenties (AI) heen.

Hoe verhoudt de rol van de kunstenaar zich tot die van kunstmatige intelligentie? Wat zijn interessante manieren van samenwerken? Wat zijn de spanningsvelden en risico’s?

Ook in de kunst wordt AI steeds vaker gebruikt om werken te creëren, als hulpmiddel, als creatieve assistent of zelfs als voornaamste auteur. Dit zien we ook terug in musea. Momenteel zijn er in Het Nieuwe Instituut meerdere werken te zien die met behulp van kunstmatige intelligentie tot stand gekomen zijn. Tijdens deze Design Dialogue gaat moderator Tara Lewis in gesprek met drie makers die allen op een andere manier gebruik maken van kunstmatige intelligentie om werk te maken: Alice BucknellTivon Rice en Richard Vijgen

Alice Bucknell

Zonamata is een multimediaal werk gemaakt voor de tentoonstelling MVRDVHNI: The Living Archive of a Studio. Het is gebouwd in een game engine op basis van 3D-modellen uit het digitale archief van MVRDV. Het plot en script zijn geschreven door de kunstmatige intelligentie-taal GPT-3, waarmee het werk speculeert op een toekomstvisie die gegenereerd wordt door algoritmes, en de verstrengeling van architectuur, kunstmatige intelligentie, natuur en technologie die daar deel van uitmaakt.

Tivon Rice 

Kunstenaar Tivon Rice maakte een installatie voor de tentoonstelling Het Tijdelijk Huis van Thuis. Hij trainde hiervoor vijf kunstmatig intelligenties (AI’s) om beelden van interieurs uit het archief van Het Nieuwe Instituut te lezen. De AI’s- leerden schrijven door werk van auteurs uit antropologie, filosofie, economie, literaire fictie en kinderliteratuur te lezen, om zo een speculatieve vergelijking te kunnen te maken tussen verschillende vormen van taal rondom onze privéruimtes. Iedere stem suggereert een andere waarneming van wat betekenisvol is aan een interieur.

Richard Vijgen

Onderzoeker-ontwerper Richard Vijgen ontwierp een installatie voor de tentoonstelling De toekomst door kunstmatige ogen, 20 jaar VPRO Tegenlicht. Hierin blikken bezoekers met behulp van kunstmatige intelligentie (AI) terug op toekomstbeelden van de afgelopen twintig jaar. Door te spelen met de ‘ogen’ waarmee de computer het archief van VPRO Tegenlicht bekijkt, ervaar je van dichtbij hoe die informatie verwerkt. Wat voor patronen ’ziet’ AI in die 555 uitzendingen?

 

datum
07/04/2022
tijd
19:30 – 21:00
taal
Engels
verder deze avond

18:00-19:30 | Thursday Bite

19:30-21:00 | Guest Programme: Notes on Downtown

Het museum is gratis te bezoeken van 17:00-21:00 uur.

locatie

Het Nieuwe Instituut
Museumpark 25
3015 CB Rotterdam

toegang

Standaard€ 7,50
Studenten, CJP, Vrienden en Members van Het Nieuwe Instituut€ 3,75

Werken met AI in de artistieke praktijk
In gesprek met Tivon Rice

Het werk Reading Interiors van kunstenaar en docent Tivon Rice brengt beelden van interieurs samen met vijf door kunstmatige intelligentie (A.I.) gegenereerde stemmen. Deze stemmen van het kind, het thuis, de ruimte, de arbeider en de ander onderzoeken onze veranderende relatie met het huis in tijden van COVID-19. Het werk is onderdeel van de tentoonstelling Tijdelijk Huis van Thuis en bestaat uit een installatie in Het Nieuwe Instituut, te zien van juli 2021 tot en met september 2022, en een website waar gebruikers zelf beelden van interieurs kunnen uploaden – om vervolgens een stem te kiezen die het interieur leest.

MVRDVHNI is mede mogelijk gemaakt door:

Alice Bucknell, MVRDV NEXT (Sanne van der Burgh, Leo Stuckardt, Jaka Korla),Namelok, Giacomo Nanni & Francesca Morini, Carl Rethmann, Eline Wieland / WielandStudio
Jan Knikker, Winy Maas, Fokke Moerel, Suzanne Oxenaar, Jacob van Rijs, Eline Strijkers, Nathalie de Vries, Eline Wieland, Stefan Witteman, Yasutaka Yoshimura
Ludo Groen, Marten Kuijpers, Suzanne Mulder
Aric Chen
Daphne van Schaijk
MVRDV, Geoff Han
Geoff Han
Johannes Schwartz